Is uw website een verkoopkanaal?

1/3 van Nederlandse bedrijfsleven heeft een website, en jammer genoeg de meeste gebruiken deze niet actief, als verkoopkanaal.

Internetbedrijven slagen erin de omzet van traditionele bedrijven flink af te romen. Van alle bedrijven in Nederland is 3,3% een internetbedrijf, zoals webshops en onlinediensten. Deze bedrijven weten echter bijna 8% van de omzet van het totale Nederlandse bedrijfsleven te genereren en zijn goed voor 4,5% van het aantal banen. Die uitkomst komt naar voren uit een groot onderzoek van het Centraal Bureau voor de Statistiek naar de interneteconomie.

Data-analyse

Het CBS heeft voor het eerst de interneteconomie onderzocht met behulp van een analyse van ‘big data’. Dat betekent in dit geval niet op basis van wat de bedrijven desgevraagd aan het CBS melden, maar op basis van een breed en diepgaand onderzoek van de websites van bedrijven. ‘Door websites te analyseren op basis van tekst en de aanwezigheid van bijvoorbeeld betaalfuncties is de internetactiviteit van bedrijven vastgesteld’, stelt het CBS. Dit soort onderzoeken zijn mogelijk geworden, doordat computers steeds grotere hoeveelheden data kunnen verwerken.
In totaal zijn er meer dan 50.000 bedrijven die het CBS rekent tot de ‘kern van de interneteconomie’, de echte internetbedrijven. Ze waren in 2015 goed voor een omzet van €104 mrd. De bedrijven in de interneteconomie voorzagen in 2015 in 345.000 banen, zowel fulltime als parttime.

‘Inspirerend’

Minister Henk Kamp van Economische Zaken greep het onderzoek en het bijbehorende rapport aan voor een lofzang op de interneteconomie. ‘Het meest inspirerend in onze economie is alles wat er rond internet gebeurt.’ Maar Kamp verwees ook naar de problemen die dat weer kan oproepen. Hij noemde in dit verband de detailhandelssector. Zonder er dieper op in te gaan, gaf de minister aan dat de regering antwoorden moet vinden op het probleem van de leegstand in de winkelstraten als gevolg van de opkomst van webshops.
In de categorie ‘kern van de interneteconomie’ zijn de webwinkels dominant. Er zijn er 28.000 van, zo blijkt uit de CBS-gegevens. Ruim een derde van de groei van webwinkels betreft de verkoop van kleding. In drie jaar tijd nam het aantal met 62% toe van 5050 in 2013 tot 8170 in 2016. In vrijwel alle provincies zijn de kledingwebwinkels de snelste groeiers onder de internetshops.

Online diensten

Onder de onlinediensten vallen bemiddelingssites — zoals reisbemiddeling —, prijsvergelijkingssites, datingsites en veilingsites. In 2015 waren er 5700 van dergelijke bedrijven, die samen een omzet van €10 mrd boekten. De onlinediensten zijn relatief jong, een groot deel hiervan is jonger dan vijf jaar: bijna 40%. Er zijn 26.000 banen in de onlinediensten.
Bedrijven in onlinediensten zitten relatief vaak rondom Amsterdam en Groningen. Sectoren die goed vertegenwoordigd zijn in de onlinediensten zijn informatie en communicatie, met 2700 bedrijven, en overige zakelijke dienstverlening, met 1400 bedrijven.
Een derde groep bedrijven zit in de ‘internetgerelateerde ICT’. Hier vallen datacenters, hostingbedrijven, internetconsultants, app-bouwers en webdesigners onder. Zo’n 16.000 bedrijven is in deze categorie actief.

Website

Uit het onderzoek blijkt dat van de 1,5 miljoen Nederlandse bedrijven in 2015 er 550.000 een website hadden. Verreweg de meeste hiervan gebruiken hun website echter niet actief, bijvoorbeeld als verkoopkanaal, maar passief als informatievoorziening. Het gaat hier om 438.000 bedrijven. Uit de analyse blijkt dat juist dit de grotere bedrijven zijn, qua omzet en aantallen werknemers.
Per saldo heeft één miljoen bedrijven geen website. Het overgrote deel daarvan, ruim 800.000, is een éénpersoonsbedrijf.

bron: fd.nl